Professor trekt Romeinse verovering onze gewesten in twijfel

Geplaatst op vrijdag 07 april 2006 @ 20:37 , 1836 keer bekeken

'Caesar is nooit in België geweest'

Voor de meeste historici staat het buiten kijf en we leren het ook op school: tussen 57 en 51 voor Christus veroverde Julius Caesar onze streken. De beroemdste aller Romeinen beschrijft de krijgsverrichtingen immers zelf in De Gallische Oorlog. Archeologen vinden echter geen enkel spoor van terug. 'Caesar heeft onze streken nooit veroverd', besluit dan ook professor Hugo Thoen.

Geschiedkundigen weten al langer dat je Caesars relaas van zijn Gallische veroveringen met een flinke korrel zout moet nemen. Caesar was belust op macht en De Gallische Oorlog moet je dan ook lezen als retorische propaganda, bedoeld om de senaat en de publieke opinie in Rome voor zich te winnen. Maar kun je boudweg beweren dat hij hier helemaal niet is geweest? "Mochten we De Gallische Oorlog niet kennen en alleen op de archeologie vertrouwen, dan hadden we nu een totaal andere geschiedschrijving", meent Hugo Thoen, erehoogleraar aan de Universiteit Gent, waar hij provinciaal-Romeinse archeologie doceerde. "Ik zoek al meer dan vijftig jaar naar materiële bewijzen van Caesars bezoek, maar tot nu toe vond ik helemaal niets."

Is De Gallische Oorlog dan waardeloos, als historische bron?

Hugo Thoen: "Dat zult u mij niet horen beweren. Heel wat beschrijvingen van Caesar kloppen wel degelijk. In zijn verslag kun je twee grote delen onderscheiden. Met het deel dat zich afspeelt in Aquitania en Gallia, is er weinig aan de hand. Het andere deel, in het gebied tussen Seine en Rijn of Gallia Belgica, is problematisch.

"Wanneer we de materiële getuigenissen van Caesars campagnes op een kaart zetten, dan zien we een bovengrens die van Bretagne onder Parijs loopt, naar het noorden van Zwitserland. Onder die lijn zijn ontegensprekelijk Caesariaanse zaken gevonden. Het bekendst zijn de drie oppida (Keltische hoogtevestingen, BaB) van Alesia, Bibracte en Gergovia, waar Caesar slag leverde met Vercingetorix en de Galliërs de doodsteek gaf. Men vond er de Romeinse en de Keltische stellingen. Caesars beschrijvingen, van de grachten en dergelijke, komen voor 90 procent overeen met wat archeologen er aantroffen. In Gallia Belgica vinden we niets van dat alles."

Is het niet aannemelijk dat Caesars activiteiten bij ons te weinig sporen hebben nagelaten?

"Naar eigen zeggen was Caesar hier met verscheidene legioenen. Eén legioen bestaat uit vijfduizend tot zevenduizend manschappen. De materiële aanwezigheid van zo'n leger cijfer je niet zomaar weg. Caesar beschrijft hoe zijn militairen een kampement maakten door grachten te graven en palissades op te richten. We vinden daar niets van terug. Neem bijvoorbeeld, ter vergelijking, het kamp van Maldegem (door Thoen opgegraven, BaB), dat weliswaar uit een latere tijd stamt. Daar verbleven maar vijfhonderd manschappen, en ze lagen er hooguit twee seizoenen, maar we hebben er alles: omwalling, grachten, barakken, waterputten. Elke kuil die ze hebben gegraven, kun je terugvinden. Welnu, van Caesar hebben we niet een enkel kuiltje gevonden. Zo'n leger produceerde ook afval en van een Italisch leger mag je luxeaardewerk en munten verwachten. Van Caesars opvolger Augustus vinden we dat wel. In de versterkingen langs de Rijn, in Nijmegen, Xanten, Bonn en Mainz, zijn grote hoeveelheden luxeaardewerk gevonden. Materiaal van Caesar, die ook de Rijn beweert te zijn overgestoken, blijft onvindbaar."

Is er dan niet één scherf uit Caesars tijd gevonden?

"Toch wel, maar dan gaat het om amforen, waar men handelswaar mee transporteerde. Die bewijzen natuurlijk niets. De handel met de mediterrane wereld bestond immers al eeuwen voor Caesars tijd. Voor Groot-Brittannië geldt trouwens hetzelfde als voor Belgica. We vinden er uit Caesars tijd ook wel amforen, maar niets wat wijst op een militaire aanwezigheid. Portus Itius, de haven van waaruit Caesar naar eigen zeggen koers zette naar Britannia, is vermoedelijk het huidige Boulogne. Wel, daar zijn de vroegste sporen Augusteïsch. Net zoals in Bavai, de hoofdstad van de Nerviërs. Ook Tongeren, zogezegd de stad van Ambiorix en zijn Eburonen, is pas ontstaan tussen 10 en 5 voor Christus. Ambiorix kennen we trouwens enkel door Caesar. In tegenstelling tot Vercingetorix sloeg Ambiorix geen munten met zijn naam en beeltenis. Ik beweer niet dat hij niet heeft bestaan, maar een echt grote Keltische leider is hij wellicht niet geweest."

De vondst van enkele Keltische muntschatten in ons land (België)wordt toch als een bewijs gezien van een militaire dreiging?

"Wanneer een oorlog dreigt, stoppen mensen inderdaad hun kostbaarheden weg. Zeker de elite zal zijn fortuin hebben opgepot. Maar dat wil niet zeggen dat die legers tot hier zijn gekomen. Heel Gallië stond in rep en roer nadat de Romeinen waren binnengevallen. Ook bij ons vreesde men voor oorlog en uiteraard wachtte men niet op de vijand om hebben en houden in veiligheid te brengen. De zogenaamde veroveringen van Belgica moeten anders, zachter verlopen zijn. Niet met het brute geweld zoals Caesar beschrijft, maar eerder door onderhandelen."

Bron: Bart Biesbrouck; De Morgen 


Welkom bij Clubs!

Kijk gerust verder op deze club en doe mee.


Of maak zelf een Clubs account aan: