Halloween of de terugkeer van het Keltische Samhain

Geplaatst op zaterdag 09 november 2002 @ 15:46 , 722 keer bekeken

Volgens sommigen is de intocht van Halloween in Europa het zoveelste symptoom van de algehele veramerikanisering van onze cultuur. Ze zien het fenomeen als pure commercie en staan dan ook afkerig tegenover deze vreemde indringer die de ingetogen sfeer van Allerheiligen met luidruchtige en griezelige kitsch komt verstoren. Dat is één kant van het verhaal. Maar als je dit gebeuren vanuit antropologisch (of volkskundig) oogpunt bekijkt, wordt de zaak complexer. Bij nader toezien blijkt dat Halloween een van de oudste en oorspronkelijkste winterfeesten van Europa is. Een korte reconstructie. De Kelten Samhain was het oogstfeest van de Kelten dat gedurende verscheidene dagen werd gevierd. Al wat op 1 november nog aan de bomen hing of op de velden stond, mocht niet meer geoogst worden en werd dus taboe. Het werd geofferd aan de natuurgeesten. Samhain was ook een slachtfeest: de kudden werden naar de dorpen gebracht en dieren werden geslacht voor de wintervoorraad. Er werden grote vuren aangelegd tegen de kou en de duisternis maar ook als vruchtbaarheidsrite. De nacht van Samhain, van 31 oktober op 1 november, was de nieuwjaarsnacht van de Kelten. Volgens hun berekeningen markeerde die nacht het midden tussen de herfstelijke nachtsevening en de winterzonnewende. Binnen hun mythische en dus cyclische opvatting van de kosmos, was het een nacht die buiten de tijd stond, een nacht van primordiale chaos waarin de hele natuur zich opmaakte voor het herstel van het kosmische rad. Keerpunten van die aard zijn altijd magische periodes, momenten voor bezweringen en waarzeggerij. In die nacht werden de grenzen tussen onze en de andere wereld geopend zodat allerlei geesten op aarde konden komen ronddolen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Samhain een dodenfeest werd, een moment van herdenking van de doden van het afgelopen jaar. Het was een nacht waarin de beminde doden op bezoek kwamen bij de levenden maar ook de boze geesten (de slechte doden) als ongenode gasten de mensen kwamen kwellen en plagen. Recente doden zochten naar het lichaam van een levende om zo het eeuwige leven te bereiken. Het was dus niet alleen een feest van de vruchtbaarheid, maar ook een feest van de angst. Door de vuren te doven gaven de Kelten de boze geesten een koele ontvangst. Zelf vermomd als vervaarlijke wezens, hielden de mensen een optocht naar de rand van het dorp om de kwade geesten met veel kabaal buiten te houden. Een belangrijk attribuut hierbij waren uitgeholde bieten die als lantaarns dienden. In die lantaarns kun je als het ware de synthese zien van het oogstfeest en het dodenfeest -- de herinnering aan de geur van het brandende bietenloof op de mistige, vochtige velden van de herfstige valavonden uit mijn kindertijd schiet me te binnen. Onze Sint-Maarten was overduidelijk een gekerstende versie van dit deel van het dagenlange Samhain-feest, waarbij kinderen griezelig vermomd rondstapten en de mensen dreigden te plagen als geesten als ze weigerden hen te verwennen met zoetigheden (het in Engeland nog altijd gebruikelijke ,,trick or treat''. Als dat eenmaal achter de rug was, wachtte de goede overledenen een warm onthaal: met rijke spijzen, wijn, zoetigheden en licht werden zij uitgenodigd bij de mensen. Vaak was het een stille maaltijd met levenden en doden aan dezelfde tafel, ongetwijfeld voor jong en oud een moment van bezinning op de dood als element van de levenscyclus. De Romeinen Een tweede laag van het feest werd gelegd door de Romeinen, die in de eerste eeuw na Christus het oogstfeest van Pomona, de godin van het fruit (zie afbeelding hiernaast), introduceerden. Veel belangrijker is natuurlijk de derde laag: bij de massale kerstening van de derde en vierde eeuw werd het een feest voor de gelovige doden, het feest van de christelijke dood: Allerheiligen. Allerzielen was voor de heidenen en de onzaligen. Paus Gregorius IV bracht in het begin van de negende eeuw orde in de feestkalender door de over het jaar verspreide dodenfeesten naar 1 november te verplaatsen en Lodewijk de Vrome maakte er kort daarna een verplichte rustdag van. Allerheiligen heette in het Engels ,,All Hallows'' of ,,Hallowmas'' en de avond die eraan voorafging ,,All Hallows Eve(ning)'', later verbasterd tot ,,Hallow'en en ten slotte tot ,,Halloween''. Volgens sommige bronnen is er ook een etymologische link met ,,Halewyn'' (van Allowyn -- hij die alles steelt), maar dat lijkt vanuit het voorgaande onwaarschijnlijk (helaas). Het magische deel van het feest werd vanaf nu geassocieerd met de duivel, met heksen en katten. De Amerikanen De cirkel is bijna rond: toen in het zog van de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492 aan de eerste generaties kolonisten een grote geloofs- en gewetensvrijheid werd beloofd, besloten sommigen onder hen de oude heidense gebruiken van onder het stof te halen. De bieten werden vervangen door pompoenen. Wanneer deze herinvoering precies gebeurde, is onduidelijk, maar wellicht was dat proces pas voltooid in de negentiende eeuw. Een beetje zoals onze kerstboom pas in de negentiende eeuw terug werd geïntroduceerd door de Duitse burgerij in de geest van de romantische ontdekking van de volkscultuur met zijn sprookjes en folkloristische gebruiken. Het kitschelement in onze winterfeesten is niet alleen kapitalistisch maar ook oeroud en vooral negentiende-eeuws. Alle winterfeesten zijn hybriden, een smeltkroes van Keltische, Teutoonse, Romeinse, christelijke en burgerlijke neopaganistische of subalterne folkloristische praktijken, een mengelmoes van hoge en lage cultuur, van religie en kitsch, van mythe, magie en vertier. Wie zich laatdunkend of misprijzend uitlaat over de commercie rond Halloween en klaagt over veramerikanisering, is niet alleen een betweterige schoolmeester, maar eigenlijk, alles wel beschouwd, zelfs een antropologische analfabeet. Als er in heel deze complexe, maar volstrekt onbelangrijke kwestie iets van globale draagwijdte te zeggen valt, zou je kunnen stellen dat de terugkeer van Halloween wijst op een ontkerstening, een (her)paganisering van onze cultuur. Zoals de kerststal minder belangrijk is geworden dan de kerstboom en zelfs stilaan uit onze huizen verdwijnt (om plaats te maken voor een grotere kerstboom), zo ook zit de Kerstman Sinterklaas op de hielen, en wel omdat beiden vermommingen zijn van Wodan, die over de besneeuwde velden raasde en de stervelingen met geschenken door de barre winter hielp. Dat zij elkaar naar het leven staan, is dus vanzelfsprekend. Wat niet uitsluit dat ook de Coca-Cola Company er de hand in heeft. Het algehele syncretisme, de jolige, kitscherige stamppot van winterfeesten past perfect in het hedonisme van de consumptie. Het is ook een soort van terugkeer naar een batterij van winterse feestdagen en weken van vrije tijd uit de Middeleeuwen. Dat nu eerder de markt dan de kerk het antropologisch materiaal en de betekenisgeving stuurt, is niet verwonderlijk. De critici van Halloween willen wel moraliseren over commercie, maar zijn meestal niet bereid om radicaal kritisch na te denken over het alomvattende karakter van het nieuwe kapitalisme. Wat er ook van zij, nu we weten dat onze Sinterklaas eigenlijk fake was, een christelijk vernislaagje op een Keltisch vruchtbaarheids- en dodenritueel, kunnen we maar beter beginnen wennen aan de terugkeer van een van de oudste feesten van onze cultuur. Nu Halloween uit Amerika terug is komen overwaaien naar zijn geboortegrond Europa, kun je zo voorspellen dat het snel ingeburgerd zal zijn als een belangrijk familiefeest. Een orgie van gotische kitsch. Griezelig, heidens en gezellig. Meer info over Samhain of Halloween op internet: - http://www.greencraft.be/sabbats/nsamhain.htm - http://www.mythinglinks.org/Samhain.html Bron: De Standaard, 05/11/2002, Lieven De Cauter.


Welkom bij Clubs!

Kijk gerust verder op deze club en doe mee.


Of maak zelf een Clubs account aan: